Veel ondernemers zijn blij dat ze ook in coronatijd het hoofd boven water weten te houden, mede dankzij steunmaatregelen van de overheid, zoals NOW-, Tozo- en TVL-regelingen. Toch blijken die regelingen lang niet altijd even bereikbaar voor ondernemers die er wel degelijk recht op menen te hebben. Dat geldt ook voor Jeroen van Beek, startend sportschoolhouder in Amsterdam.
Op 1 januari 2020 opent Van Beek zijn sportschool. Maar voordat hij goed en wel is begonnen, kan hij de tent op 15 maart alweer sluiten. Hij kan als starter geen cijfers over 2019 overleggen – en dat is in eerste instantie wél een voorwaarde voor recht op coronasteun. Bovendien blijkt het de eigen verantwoordelijkheid van de ondernemer om de juiste SBI-code bij de KvK te regelen. Iets wat aanvankelijk in tienduizenden gevallen op problemen stuit. ‘Ik ben de eerste om het toe te geven als ik een fout maak, maar als het om zo veel gevallen gaat, ligt de schuld echt niet alleen bij de ondernemers.’
Tweede lockdown
Het is volgens Van Beek het begin van behoorlijk wat bureaucratische getouwtrek. Zo krijgt hij geen nieuw KvK-nummer omdat hij al een eenmanszaak en bijbehorend nummer heeft. ‘Er komt volgens de KvK alleen een tak van sport bij, en daar wordt de bestaande code aan gekoppeld. Bij de nieuwe steunmaatregelen in de tweede lockdown zou er extra aandacht komen voor de startend ondernemer. Maar in de kleine lettertjes staat dat je juist wél een nieuw KvK-nummer nodig hebt om voor een regeling in aanmerking te komen.’
Als ondernemer is Van Beek gewend om zijn plannen met de bank te maken op basis van het break even-point – met inkomsten en uitgaven die met elkaar in evenwicht zijn, dus. Bij heropening van zijn sportschool halverwege 2020 gloort dat punt aan de horizon voor het eind van het jaar. Maar bij gebrek aan nieuwe leden en andere inkomsten blijkt dat niet haalbaar. ‘Aankloppen bij de bank levert dan weinig op, omdat het vertrouwen door de crisis geheel is verdwenen. Terwijl banken toch als geen ander zouden moeten begrijpen dat je dat geld juist nodig hebt om open te blijven.’
Andere branches
Van Beek kan zich niet voorstellen dat hij de enige is die op deze hobbels stuit: veel meer eenmansbedrijven probeerden het de afgelopen jaren in andere branches. Maar daar lijkt de infrastructuur rond de steunmaatregelen nog niet geheel op berekend. ‘Maak die regels dan ook niet zo ingewikkeld. Je kunt alles bij me controleren. Ik snap best dat het ondoenlijk is om dat bij iedereen te doen. Maar nee is nee, en ze laten je dobberen; het lijkt ze geen moer te interesseren of je failliet gaat. En dat is wel pijnlijk: ik was eindelijk een eigen fysieke zaak begonnen, maar zit nu met een ton schuld.’
Eerder schreven we al over huurproblemen als gevolg van de coronacrisis. De overheid kwam vorig jaar snel over de brug met generieke maatregelen, om later meer maatwerk toe te passen. Dat heeft nog niet in alle gevallen geleid tot bevredigende oplossingen. Het is daarom belangrijk om te blijven kijken waar de knelpunten zitten voor (mkb-)ondernemers die recht menen te hebben op (meer) steun van de overheid.
